Afbeelding

Whodunnit?

Column

Kent u de Kniphofia? Misschien staat-ie in uw tuin of hebt u hem wel eens bij de bloemist gezien. De plant komt uit Zuid-Afrika maar doet het in Hollandse tuintjes erg goed. Zonnig en niet al te nat, alstublieft. Erg fraai is-t-ie niet, maar de bloemen trekken de aandacht. De Nederlandse naam is Vuurpijl – daar kunt u zich wel iets bij voorstellen. Er zijn allerlei variëteiten, maar ze zien er allemaal inderdaad uit als een vuurpijl: de bloemen zijn oranje en geel en zitten als een soort raketje aan het uiteinde van een flinke steel. Ik heb sinds een jaar of wat een Kniphofia in mijn volkstuintje. Voor de pluk. Het is en blijft kerkelijke grond: het gaat wat traag, maar altijd met zegen. 

Het eerste jaar kreeg ik alleen maar blad, het jaar daarop 1 bloem. Dit jaar zag het er beter uit. Het koude voorjaar zorgde ervoor dat het niet al te hard ging, maar ik had berekend dat ik zo rond Pinksteren wel kon plukken. Met die verwachting keek ik vorige week eens hoe het er voor stond. Maar de knoppen waren weg. Niet geknakt, weggerot of omgewaaid, maar mooi scherp afgesneden. Niet door mij. Door wie dan? De buren op de volkstuin zijn allen rechtschapen lieden, geen daarvan zou ik ook maar met de lichtste verdachtmaking willen bezwaren. Onverlaten van buiten? Zo’n hek klim je eenvoudig over, niemand heeft ’s nachts zicht op wat daar gebeurt. De kwaadwillende liefhebber plukt zichzelf her en der een mooi bosje bloemen. Lichtelijk teleurgesteld leefde ik m’n frustratie uit op het heermoes. Thuisgekomen klaagde ik mijn nood aan mijn vrouw. 

Die nood was dermate hoog dat ik de stofzuiger waarmee ze in de weer was uitdeed om haar te vertellen wat mij op het hart lag: dat ik haar graag dit Pinksterweekend had willen verrassen met wat bloemen uit de tuin, waaronder dus die Kniphofia’s. Maar stel je voor: ze waren afgeknipt! Wie doet dat nou? Ze kleurde langzaam vuurpijlrood: ze was laatst op de tuin geweest en dacht dat het dode bloemen waren, en dus had ze ze weggeknipt… Ik heb mijn verlies genomen en we hebben er samen om kunnen lachen. De een smakelijker dan de ander, eerlijk gezegd. En ik heb nog eens gekeken in de Heilige Schrift hoe het er ook alweer stond, toen God zag dat Adam zo alleen was: “Ik zal hem ene hulpe maken tegenover hem”, staat er. Inderdaad: meestal een hulpe. Maar als het gaat om de Kniphofia: tegenover hem…

egbertvanderweide

Uit de krant