Afbeelding

Duur geintje

Column

Een beetje te hard rijden. Heel eventjes fout parkeren. Nét an door rood rijden. Ik heb het allemaal wel eens gedaan en doe het nog steeds. Ik kwam en kom er nooit mee weg. Bijna nooit. Dus leren van mijn (verkeers)fouten doe ik niet. Deze ezel stoot zich net zo makkelijk aan dezelfde (straat)steen.

Een foute parkeeractie heb ik wel eens voor de rechter laten komen. Het gebeurde jaren geleden op de Hooglandse Kerkgracht in Leiden. Mijn auto had ik voor de deur van de poort naar het Oude Weeshuis gezet. De ingang van het gebouw ligt aan de andere kant van een binnenplaats, achter de poort, pak 'm beet een meter of 25 verderop. (Bent u er wel eens binnen geweest? Doen! Het is open voor publiek tegenwoordig en prachtig! Maar dit terzijde.) Ik moest een diascherm in m'n auto hijsen. Dus: gevarenlichten aan, achterklep open, snel de binnenplaats over, scherm oppakken en teruglopen naar mijn auto. Daar aangekomen staat een agent met uitgestreken gezicht een bon uit te schrijven. Een paar maanden later velde de kantonrechter, ondanks mijn 'not guilty'-pleidooi, mijn oordeel. Wat een farce. 180 ouderwetse guldens kostte me dat geintje.

Niets vergeleken met het bedrag dat ik moest betalen voor de verkeersovertreding die ik onlangs maakte. Lang verhaal kort: mijn dochter speelt hockey. Op zaterdag verzamelt haar team op een afgesproken plek voor een uitwedstrijd: een parkeerplaats in de buurt van een kruispunt in Bennebroek. (Bennebroek ja! Wel 1,7 vierkante kilometer met 5000 inwoners, nét an.)

Het is zaterdagochtend, half negen. Het is stil op de weg. Ik herhaal: het is zaterdagochtend, half negen. Het is stil op de weg. Ik sta op de nagenoeg lege kruising voor rood licht. Achter mij staat een politieauto. Aan de de andere kant van de kruising staat één auto die rechtdoor moet. Wanneer mijn licht op groen springt, trekt deze auto niet gelijk op. Of het is daar nog rood, of hij heeft motorpech, denk ik. Hij seint met zijn lichten: ik denk: hij laat me voor. Ik sla af. Dit alles gebeurt in zeggen en spreken 5 seconden. 30 meter verder draai ik de parkeerplaats op met de politieauto in mijn kielzog. De agent stapt direct uit en staat naast mijn raampje. Met zijn vuist maakt hij een naar rechts draaiende beweging. Bijna wil ik terug-gebaren dat ik een knopje heb om mijn raam naar beneden te drukken, maar ik houd me in. Of ik enig idee heb waarom WE staande worden gehouden? Dat hebben WE wel, maar daar zit een grote MAAR aan vast. Daar had de diender niets mee te maken. Ik had recht doorgaand verkeer geen voorrang gegeven! En dát geintje kostte me 240 euro! Twéé-hónderd-véértig euro!!

Caroline Spaans, redacteur

Uit de krant