Afbeelding
Foto: PR

Wendy Verkleij blikt terug op twee jaar burgemeesterschap

Politiek

Twee jaar is Wendy Verkleij burgemeester van Noordwijk. Twee jaar die werden overschaduwd door corona, terwijl de kersverse fusie tussen Noordwijk, Noordwijkerhout en De Zilk verder in goede banen moest worden geleid. “De coronacrisis maakte een kennismaking met de dorpen en de mensen ingewikkelder. Aan de andere kant heb ik juist daardoor ervaren hoe groot de veerkracht van onze inwoners is.”  

Door Esdor van Elten

De fusie was één van de redenen waarom Verkleij na vijf jaar burgemeesterschap in het “parmantige” Uitgeest koos voor kustgemeente Noordwijk. Al eerder, als wethouder van Reeuwijk, was ze nauw betrokken bij de fusie van die gemeente met de gemeente Bodegraven. “Als bestuurder ben ik niet iemand die op de winkel wil passen. Er mag wel wat uitdaging zijn.”  

Corona eist hoofdrol

Op 27 januari 2020 begon ze vol goede moed aan haar burgemeesterschap. Maar een ‘normale’ kennismaking zat er niet in. “Ik heb alleen het carnaval in Noordwijkerhout mee kunnen maken. Zes weken later kwam corona en die crisis eiste meteen een hoofdrol op.” De crisis is in Noordwijk goed opgepakt, vindt de burgemeester: “De maatschappelijke alliantie die we hebben opgezet, en waarin alle geledingen van de Noordwijkse samenleving waren vertegenwoordigd, was heel effectief. Iedere twee weken kregen we als het ware een ‘foto’ van de actuele situatie, waar we dan op konden inspelen.” 

Veel van het gebruikelijke werk, zoals werkbezoeken en onderlinge communicatie, kreeg een andere vorm: “Veel digitale sessies, met ondernemers, zorgmedewerkers, onderwijs en verenigingen. Veel ommetjes lopen met mensen, en, in de periode dat het kon, ook fysieke ontmoetingen.” Communiceren naar de burgers stond voorop, bijvoorbeeld door de brief aan de inwoners, die op geregelde tijden verscheen in de lokale media. Ze is onder de indruk van de creativiteit waarmee de bewoners de coronacrisis te lijf gingen. “Er ontstonden mooie initiatieven. We zijn echt als dorp in staat geweest elkaar vast te houden in een moeilijke tijd. De waarde daarvan is niet te onderschatten.” Verkleij heeft vertrouwen in het herstellend vermogen van Noordwijk, maar heeft ook nog wat zorgen: “De terugslag moet op een aantal punten nog komen. Dan denk ik niet alleen aan economie, maar bijvoorbeeld ook aan jongeren, die te kampen hebben met depressies of die een leerachterstand hebben opgelopen. Daar moeten we goed aandacht voor houden.” Toch is er vertrouwen: “Onze dorpen tonen veerkracht.” En zelf verheugt ze zich op een (hernieuwde) kennismaking met het ‘normale’ Noordwijk: “De evenementen en de theatervoorstellingen bijvoorbeeld.” Corona en haar gevolgen waren niet het enige probleem dat de aandacht van de nieuwe burgemeester trok.

Integriteit en onderlinge verhoudingen

In de twee jaar dat ze nu in Noordwijk is heeft ze gemerkt dat de onderlinge verhoudingen in de politiek en de samenleving steeds meer op scherp komen te staan: “De maatschappij verhardt, dat zien we nu in de Tweede Kamer, maar we zien het ook hier. In de raadzaal, maar ook van buitenaf en op social media.” Die polarisatie moet een halt toe worden toegeroepen, vindt Verkleij. “Dat begint bij het benoemen van het probleem en het besef dat het een probleem is dat ons allemaal raakt en waar we dus gezamenlijk iets aan moeten doen. Het gaat om houding, en om gedrag. 

We moeten weerbaarder worden en bouwen aan vertrouwen. We moeten elkaar vertrouwen.” Dat begint bij goede afspraken. “Samen met de raad zijn we onder andere bezig met het opstellen van protocollen met betrekking tot integriteit en agressie. Integriteit gaat ook over openheid en transparantie. “Ik sta voor de hele raad”, benadrukt Verkleij. 

“Samen hebben we een proces in gang gezet.” Zo zijn sinds vorig jaar alle nevenactiviteiten van bestuurders en raadsleden op de gemeentelijke website te vinden en wordt aan de eerste vijf mensen op de kieslijst nu om een VOG gevraagd. Maar protocollen opstellen is niet voldoende: “We moeten van intentie naar effect. Elkaar erop aanspreken als het mis gaat. En dus ook open staan voor correctie.” 

Het is een zaak van groot belang, volgens de burgemeester: “We zien steeds meer dat burgers en bewoners wel klaar zijn met het geschreeuw. Het gaat hier ook om de geloofwaardigheid van de politiek.”

Olievrouw en politieagent

De burgemeester zelf speelt in dit geheel ook een rol: “Integriteit is voor mij heel belangrijk en ik hou me er op verschillende niveaus mee bezig. Op landelijk niveau bijvoorbeeld, in samenwerking met het Ministerie van Binnenlandse Zaken als voorzitter van een themagroep integriteit. Hier in mijn eigen gemeente ben ik vooral degene die als burgemeester boven de partijen staat, de rust moet bewaren en daar waar mogelijk bruggen bouwt.” Die rol is tweeledig: “Daar waar het kan wil ik optreden als de ‘olievrouw’ die, als er zand in de raderen zit, de boel weer op gang helpt. Als het nodig is, en soms is dat helaas zo, dan ben ik ook de politieagent die handhavend optreedt.” De burgemeester gaat dus graag in gesprek: “Met iedereen. Dat debat mag stevig zijn, daar ben ik niet bang voor, maar wel inhoudelijk, niet op de persoon. Uiteindelijk zitten we hier voor onze gemeente, onze bewoners. Niet voor onszelf.”

Niet tegen elkaar

Bouwen aan vertrouwen. Wat de burgemeester betreft is de komende tijd hét moment om dit in praktijk te brengen. “In verkiezingstijd kunnen de gemoederen gemakkelijk verhit raken. Ik zeg tegen alle elf partijen in Noordwijk die de komende tijd de strijd met elkaar aangaan: ga ervoor. Voer campagne. Zeg waar je voor staat en stel de inhoud voorop. Uiteindelijk zijn de dorpen ons gezamenlijke doel. We hebben daar allemaal hart voor. Laten we dat niet vergeten. Dat is ook waarom ik burgemeester geworden ben. Om samen te bouwen aan onze leefomgeving. Iets te betekenen voor de mensen om ons heen. Vóor de gemeente, niet tégen elkaar. Zodat onze bewoners een echte keus kunnen maken. En tegen hen zeg ik: ga stemmen. Gebruik je recht. Er is hard voor gevochten. Blijf niet aan de zijlijn staan. Onze gemeente maken we samen!”

Uit de krant