Preptijd

U hebt vast wel gezien dat de activiteit op de bollenvelden duidelijk is toegenomen. Van verschillende partijen hyacinten worden een paar baantjes gerooid. Die zijn bestemd voor de preparatie. Ondanks dat ze nog niet volgroeid zijn, gaan ze er toch uit. De bollen krijgen dan een speciale warmtebehandeling waardoor ze in de winter vroeger in bloei komen.

Het telen van hyacinten voor de prep heeft een lange geschiedenis. Altijd gericht op kerstbloei. Krelage beschrijft in zijn boek de teelt rond Berlijn. Al in 1850 kwamen daar miljoenen bollen vandaan. Vanwege het landklimaat en de vroege zomerwarmte waren ze vroeg rijp. Ze staken de Hollandse telers naar de kroon. Toen de stad Berlijn uitbreidde en de grondwaterstand verlaagde, was het einde-verhaal. Daarna werd, toen al, uitgeweken naar Zuid-Frankrijk. Totdat Nicolaas Dames in 1910, in Lisse, al in december zijn gebroeide hyacinten liet zien. Hij had de temperatuurbehandeling uitgevonden, die de teelt-ver-weg overbodig maakte. Min of meer dezelfde temperaturen gebruiken we nu nog.

Wel is er in de teelt veel veranderd. Waar vroeger de grootste vraag was naar super dikke bollen, die dus ook een evenredig grote bloem gaven, zijn die vervangen door kleinere bollen. Die zijn gemakkelijker te telen en goedkoper. De Zweden, Parijzenaars en Moskovieten tellen ook hun knopen.

Is de preptijd spannend? Vroeger kwam de exporteur met zijn meetlat de nodige keren langs bij de kweker om de groei te toetsen, “geef ze nog maar een paar dagen voor dat halve maatje”. Zo ziet u dat we ons in de preptijd al weer volop prepareren op de komende Kerst.

Aad van Ruiten