Afbeelding

Zorg anno 2018

Column

'U spreekt met de redactie van het Noordwijkerhouts Weekblad, goedemiddag!'

'Goedemiddag, u spreekt met mevrouw (..). Ik wilde u graag een tip geven over iets dat ik pasgeleden gezien heb!'

'Fijn dat u belt, ik ben benieuwd!?'

'Er hangen namelijk allemaal melkflessen in de boom'

'????'

'Ja, uweetwel, van die plastic pakken en daar hebben ze een skelet van gemaakt. Met m'n Ipad heb ik er een foto van gemaakt, maar ik weet niet hoe ik die naar u toe kan sturen. Misschien kan u me dat uitleggen. En, oh ja! Ik heb de krant van vorige week niet ontvangen. Kunt u dat doorgeven?'

Ik besluit naar deze trouwe lezeres toe te gaan en de niet bezorgde krant zelf te brengen. Dan kan ik haar gelijk uitleggen hoe ze de foto vanaf haar Ipad naar me toe kan mailen. Uit de brievenbus in de deur bungelt een touwtje, maar ik bel netjes aan. Voor me staat een oudere, maar zeer opgewekte vrouw met twinkelende ogen. Ze laat me gastvrij binnen nadat ik haar de krant van afgelopen geef en loop, via de kleine hal, achter haar aan naar de huiskamer. Samen met haar man is ze net aan de lunch begonnen: ze is mantelzorger. Dat zie je in één oogopslag. Aan de achterzijde van de huiskamer staat een hoog-/laagbed en haar man, in de stoel voor mij, is zichtbaar ziek.

Ik groet haar echtgenoot en sta een beetje besluiteloos tussen de bank en de andere meubels. 'Ga toch zitten!' zegt de vrouw vriendelijk. 'Dan kan ik je gelijk de foto's laten zien die ik heb gemaakt.'

Ze zijn heel mooi: initiatiefnemers van het Halloweenfeest zijn druk bezig de wijk een extra griezelig tintje te geven. Ik leg uit hoe ze met een paar kleine handelingen de foto kan mailen en vraag naar haar leeftijd. 'Ik ben 83 en mijn man is 89', antwoordt ze. Zo'n hoge leeftijd en nog zo enorm betrokken en actief. Geweldig! Ik voer een gesprek met haar op hetzelfde level als ik dat zou doen met vriendinnen die veertig jaar jonger zijn. Haar man heeft Parkinson, vertelt ze. 'Maar ik verzorg hem zo goed als ik kan gewoon thuis!' Dat merk ik. Het bed is opgemaakt en zijn boterham is in stukjes gesneden. Zijn kleding is netjes en schoon. "Heeft u veel pijn?" vraag ik haar man. Hij knikt, maar ik begrijp ook van hem dat hij veel medicijnen heeft. Echt werken doen ze niet. Zijn vrouw valt hem bij.

'We zijn tegenwoordig aan de wiet!' zegt ze opgewekt. Ik kijk vragend. 'Je weet wel, wietolie, dat helpt tenminste echt! En mijn man slaapt ook een stuk beter!' Ik constateer dat ze 'we' zegt en vraag of ze ook 'gebruikt'.

Ze lacht: 'Wat dacht jij dan, natuurlijk!'

Caroline Spaans

redacteur

Noordwijkerhouts Weekblad

Uit de krant