Afbeelding

Wilde westen

Column

Ik was vorige week in Amsterdam. Avondje popconcert in de Heineken Music Hall, of nee. Het heet AFAS Live tegenwoordig. Ik geloof niet dat deze nieuwe (sponsor)naam ooit net zo makkelijk bekt als HMH, maar dit terzijde. Popconcert, 6000 man voor Steve Wilson. Onder de Pink Floyd liefhebbers onder u wellicht geen onbekende naam. Met zijn band is hij op wereldtournee momenteel. Geen ticket meer te krijgen, van Canada tot Chili en van Ierland tot Istanboel: stijf uitverkochte zalen.

In Amsterdam was het publiek opvallend rustig. Als in: respectvol naar deze grootheid in dit genre. Veel 50-plussers en opvallend blank. Zeker in hartje Amsterdam zou je toch verwachten een meer gemêleerd publiek aan te treffen. Maar nee. Ik was een uur voor aanvang aanwezig om verzekerd te zijn van een goede zitplaats en zie druppelsgewijs de zaal vollopen. Links naast mij ging een stel zitten. Jonge vijftigers. Ze komen uit een plaatsje bij Groningen, zo bleek. In onvervalst Noord-Nederlands vertelden ze mij hoe ze helemaal naar het 'wilde westen' waren gekomen om 'hun' Steve te zien optreden. Na afloop gingen ze niet terug naar Groningen, nee. Ze hadden een heel weekend vastgeplakt aan hun muziekuitje. Maar niet in Amsterdam. 'Neu, doar goan we niet noar toe heur. Al dat stadtse gedoe. Doar houwe wie nie van' , werd mij ongevraagd medegedeeld. 'Ken je Noordwijkerhout?', vroegen ze. Ik knipper even met mijn ogen. Hoorde ik dat goed? Ik kan het haast niet geloven. De vrouw van het stel ratelt verder over de De Witte Kerk, de duinen, hetzelfde hotel waar ze altijd overnachten als ze in het westen zijn, de restaurants waar ik toch zeker een keer moet gaan eten.

Ha! Ik zeg niks. Ik ben wel nieuwsgierig hoe ze over 'mijn' dorp denken. Want ik hoor een 'maar' aankomen. En die kwam. Alvorens naar Amsterdam te komen, hadden ze ingecheckt in het voor hen bekende hotel en waren lopend naar het voor hen bekende restaurant gegaan. 'Alles koal', zei de man van het stel. Hij vond er niets meer aan in het centrum. Ik begreep het eerst niet zo goed, totdat ik door kreeg wat hij bedoelde: die oude mooie bomen rondom dat witte kerkje waren gekapt. In het groene Grootegast, waar het stel woonde, zou zoiets ondenkbaar zijn. Ik zei nog: 'Misschien waren die bomen in Noordwijkerhout wel ziek?' Maar daar geloofden ze niets van. Zoveel groen dat verloren gaat in een dorpskern rondom een kerk. Eer dat dat weer een beetje vol in de bladeren staat duurt jaren, volgens de man. Ik dacht aan Wim Sonneveld en dat oude tuinpad van m'n vader.

Het licht ging uit, de spot ging aan en mijn gedachten waaiden over naar Mies Bouwman. Maar dit terzijde. Het concert was fantastisch en de Groningers naast mij genoten in ieder geval van de muziek in Amsterdam. In Noordwijkerhout ben ik ze dit weekeinde niet meer tegen gekomen...

Caroline Spaans, redacteur Noordwijkerhouts Weekblad

Uit de krant