Afbeelding

'Carnaval, ons cultureel erfgoed'

Ingezonden

Van Ria Lucassen ontving de redactie de volgende mail. De verkort versie stond in de krant van 20 februari, de volledige versie: 

"Het zit er weer op, we hebben het weer gevierd: Carnaval.

Alle geleerden zijn het er over eens dat het dit jaar een erg gezellig feest was. De burgemeester, de politie, de voorzitter van de Kaninefaaten en de voorzitter van de Keiebijters. De drie eerstgenoemden hebben dit uitgebreid in het Leidsch Dagblad en in Weekendkrant betoogd. Dat de Keiebijters meer dan tevreden zijn weet ik door bronnen van binnenuit. Door uitgebreide eigen waarneming weet ik dat alle hierboven genoemden, gelijk hebben. Het was een geweldig feest!

Waarom dan dit ingezonden stuk?

Je wordt tijdens het carnaval vanzelf filosofisch als je in de drukte even stil staat om te genieten van alles om je heen, van de kleine dingetjes die carnaval zo mooi maken.

Neem de Optocht, bedenk eens hoeveel werk de deelnemers er aan hebben gehad. Hoeveel tijd er in is gaan zitten en wat een plezier ze hebben gehad bij van het maken van de wagens. Bedenk eens waarom er zoveel werk van de wagens wordt gemaakt, misschien is er wel een gezonde onderlinge wedijver; iedereen wil de eerste prijs winnen.  Krijg maar eens een goed idee, lees maar een goede spreuk die uitgebeeld kan worden, ze zijn er het hele jaar mee bezig. Carnaval zit het hele jaar in hun hoofd.

Neem anders de Boerenbruiloft, ik heb genoten van de aanwezige gezinnen, kleine kinderen die op het grote podium mogen dansen, kinderen die lege plastic glazen verzamelen en daar dan hoge torens van maken, hele gezinnen, die polonaise lopen. Hier worden de feestvierders van de toekomst geboren. Vrienden die elkaar met hun kinderen ontmoeten. Plezier voor iedereen van groot tot klein.

Bovendien een organisatie die op rolletjes loopt.

Neem de Kroegentocht in de tent van de Keiebijters, waar alle carnavalsverenigingen van de gemeente samenkomen, de Keiebijters, de Kaninefaaten, en ook de Duinknijnen uit De Zilk, (al heb ik de Tulpkabouters niet gezien in de tijd dat ik er was). Een ontspannen samenzijn juist ook voor mensen met een beperking, voor gezinnen met kleine kinderen, waar razend veel polonaise wordt gelopen waar iedereen enthousiast  aan meedoet.

Neem de Seniorenmiddag, een feest  waar de 55-plussers uit het dorp een hele middag verwend worden met gratis koffie met cake en een bonbonnetje; 2 consumpties en hapjes, allemaal beschikbaar gesteld door de plaatselijke ondernemers. De hele vereniging van de Kaninefaaten presenteert zich op deze middag, het koor, de grote en kleine dansmariekes, de twee prinsen elk met hun gevolg en de senatoren. Het is geweldig, een plezier voor alle aanwezigen.

Buiten mijn waarneming zijn de alcoholvrije avonden voor de jonge jeugd, de kindermiddag en de andere feesten in De Schelft en in alle horecabedrijven in het dorp.

"Hoe moet dit verder? Wat is de toekomst van ons carnaval?"

In de aanhef van dit ingezonden stuk heb ik carnaval een deel van Noordwijkerhouts cultureel erfgoed genoemd. Is dit gedeelte van ons erfgoed al veilig gesteld voor de toekomst?

Ik ben er niet gerust op en wel om de volgende redenen:

Zowel de Kaninefaaten als de Keiebijters zijn voor hun feesten afhankelijk van hun zaalaccommodatie. De Kaninefaaten hebben De Schelft nodig en de Keiebijters een ruimte om hun spullen op te slaan en een plek om hun tent neer te zetten. Voor de Keiebijters is de urgentie groot, want waar blijven ze als er op het Bavoterrein gebouwd gaat worden. De Keiebijters zijn al jaren bezig met een eigen onderkomen maar de gemeente geeft geen sjoege.

De gemeente heeft zich niet uitgesproken over de toekomst van De Schelft; in eerste instantie wilde de gemeente zelfs woningen bouwen op deze plek, zonder een alternatief voor de Kaninefaaten te geven.

Wat zou het mooi zijn als de gemeente Noordwijkerhout vóór de fusie met Noordwijk wakker schrikt en beide carnavalsverenigingen een zekerheid geeft, zo van: "wij gemeente Noordwijkerhout geven beide verenigingen de zekerheid dat er ook in de toekomst op eenzelfde wijze carnaval gevierd kan worden".

Als ik zie wat Noordwijk vóór de fusie nog allemaal op stapel zet, geeft dit mij geen gerust gevoel dat er nog ruimte is voor bescherming van het culturele erfgoed van Noordwijkerhout.

Welke politieke partij wil het op zijn geweten hebben dat de carnaval onderuit gaat?  We moeten de verkiezingsprogramma's voor komend najaar goed in de gaten houden."

Uit de krant